Helden van Utrecht – Stop sloop binnenstad

Onder de titel ‘Helden van Utrecht – bewoners die de stad veranderen’ ging op 1 oktober, tegelijk op de fantastische eerste bewonersavond, onze eerste tentoonstelling in première. Als actiegroep ben je bezig met actie. Maar wat levert dat eigenlijk op? Wat kun je als bewoners voor elkaar krijgen? Nou, heel veel. Op deze website laten we af en toe een voorbeeld zien.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA
Bert Maes. Foto: Joep Engelman
Hoog Catharijne en de bijbehorende verkeersplannen zorgden in de binnenstad van Utrecht voor een ware verwoesting. Wie foto’s ziet van het gesloopte jugendstilpand De Utrecht, kan alleen maar vol schieten. Als het aan projectontwikkelaar Bredero en de gemeente had gelegen, zou er nog veel meer volgen, maar de hongerige slopershamers moesten halt houden bij Achter Clarenburg en schuilkerk Maria Minor (nu café Olivier). Dankzij de acties en de lange adem van bewoners.
Wie de plannen bekijkt uit eind jaren ’60 begin jaren ’70 ziet dat precies hier een soort snelweg zou komen met fly overs en winkels. ‘Als we de viltstiftlijnen volgden op die tekeningen, kwamen we allemaal prachtige monumenten tegen die plat moesten’, zegt Bert Maes van de toenmalige Werkgroep Herstel Leefbaarheid Oude Stadswijken Utrecht, een bewonersinitiatief dat zich inzette voor het behoud van het historisch aanzicht van buurten. Zo werd de gracht gedempt voor de Catharijne(auto)baan, de Van Seypesteijnkazerne ging plat en meerdere middeleeuwse panden. De werkgroep protesteerde fel tegen de niet-menselijke maat van het grootste overdekte winkelcentrum van Europa.
Tien tot twaalf mensen kraakten vreedzaam het pand Achter Clarenburg 2, een prachtig en enorm kanunnikenhuis uit 1300 met een middeleeuwse stookplaats, ornamenten en een trappenhuis met snijwerk uit de 18e eeuw. Het zou gesloopt worden, maar toen eenmaal bleek welke historische waarde het vertegenwoordigde, was er geen houden meer aan. Samen met schuilkerk Maria Minor kwam het op de monumentenlijst. Snel volgden meer panden. De bouw- en sloopplannen vielen stil. De auto zal nog lang ‘duwen’ tegen de historische binnenstad, maar wijkt steeds meer uit naar de buitenwijken. Mooi. Bert Maes woont trouwens nog steeds in zijn kraakpand. Hij houdt zich inmiddels bezig met oude begroeiing in plaats van huizen.
RH20190926-9423
Voordeur Achter Clarenburg 2. Foto: Rob Huibers / photo.nl

Helden van Utrecht – Wolvenpleingevangenis

Onder de titel ‘Helden van Utrecht – bewoners die de stad veranderen’ ging op 1 oktober 2019, tegelijk op de fantastische eerste bewonersavond, onze eerste tentoonstelling in première. Als actiegroep ben je bezig met actie. Maar wat levert dat eigenlijk op? Wat kun je als bewoners voor elkaar krijgen? Nou, heel veel. Op deze website laten we af en toe een voorbeeld zien.

Foto Stadsdorp Wolvenburg met Susan en Esther - foto van Gerard Arninkhof
V.l.n.r.: Bert Poortman, Susan Rietveld, Esther de Koning . Foto: Gerard Arninkhof

Een keertje de bak in? Dankzij de zeer enthousiaste omwonenden van de oude Wolvenpleingevangenis kan dat, gewoon zonder strafblad. Iedereen kan mee naar binnen met een rondleiding door de oudste cellulaire gevangenis van Nederland aan de Utrechtse singel.

Vrijwilligers uit de wijk weten te vertellen hoe nog niet zo lang geleden de stemmen van vrouwen van bajesklanten ijl over het water klonken, roepend naar ‘hun vent’ achter de muren. Over hoe koud het er in de winter was (14 graden)  en dat men het gevang bij de opening in 1856 ‘Hotel Wolvenburg’ noemde, ‘pure luxe’ met in elke cel (7 m2) een eigen wc met stromend water en verlichting door een gasbuis met een vlammetje. Kijk mee door het luikje van de cipier, of ga eens liggen op een brits in de cel en zie de wolken voorbij drijven. De laatste gevangene die dit zag, werd in 2014 overgeplaatst en daarna gingen de deuren dicht.
Niet voor lang. Want inmiddels waren drie omwonenden begonnen ideeën te verzamelen voor een nieuwe bestemming. Esther de Koning, Susan Rietveld en Bert Poortman richtten ‘Stadsdorp Wolvenburg’ op, organiseerden werkgroepen en bijeenkomsten en pleitten in het kader van leegstandsbeheer voor een zo gevarieerd mogelijk gebruik. En… ze kregen daadwerkelijk de sleutel.
Inmiddels telt de vereniging 650 leden, zijn er 120 werkplekken in de oude cellen, kun je via een escaperoom proberen te ontsnappen uit de lik en weten vrijwilligers een schat aan informatie te vertellen over anderhalve eeuw gevangeniswezen.
Zo maken buurtbewoners van het oude Wolvenburgbolwerk een tot de verbeelding sprekende plek voor iedereen.
Wolvenpleingevangenis klein
Interieur Vleugel B. Foto: Rob Huibers / photo.nl

Helden van Utrecht – het Volksbuurtmuseum

Onder de titel ‘Helden van Utrecht – bewoners die de stad veranderen’ ging op 1 oktober, tegelijk op de fantastische eerste bewonersavond, onze eerste tentoonstelling in première. Als actiegroep ben je bezig met actie. Maar wat levert dat eigenlijk op? Wat kun je als bewoners voor elkaar krijgen? Nou, heel veel. Op deze website laten we af en toe een voorbeeld zien.

Volksbuurtmuseum helden
V.l.n.r.: Jans Mulder, Marie Marsman, Bert v.d. Pol, Leo van Vreeswijk, Albert van Wersch, Margot Siskens.
Voor: Corrie Huiding met haar kinderen, Niels Siskens met kind

Eg woar, of je nu uit Utrecht komt of niet, je kan niet anders dan houden van het lijzige platte Utregs. En van het charmante Volksbuurtmuseum, het enige eg Utregse museum over de gewone man en vrouw. Het kwam tot stand nadat bewoners zich sterk maakten om een stukje van de stad -hún Wijk C- te redden van de sloop.

Als ze dat niet hadden gedaan was Wijk C nu van de aardbodem verdwenen. Tachtig procent was al weggesloopt. Voor een brede autoweg, de Jacobsstraat en voor kantoren en nieuwbouwcomplexen als La Vie. Niet dat het nou zo’n romantische modelwijk was. Het was vroeger zelfs armoe troef en de vooruitzichten? Wie voor een dubbeltje geboren was, wordt nooit een kwartje.

Het kan anders gaan. Wie de krachten bundelt, staat sterk. Strijdbare bewoners richtten het Wijk C-Komitee op. Ze stopten verdere sloop van hun wijk. Ze bedongen dat oude woningen opgeknapt werden en nieuwe bijgebouwd. Oud-bewoners kregen de kans om terug te verhuizen. Er groeide een trots en zelfbewustzijn. Van het een kwam het ander. Met de verzamelde foto’s voor de strijd tegen de sloop kwamen vanzelf de verhalen. En niet te weinig. Het was het begin van het Volksbuurtmuseum, waar je inmiddels kunt zien, horen én ruiken hoe het eraan toeging op een van de oudste plekken van Utrecht. Kleurrijk, volks, heerlijk. Met een steeg, spulletjes uit de wijk, muziek én de verhalen. In heerlijk Utregs.

Bovendien elke week live als (oud-)bewoners van Wijk C een bakkie komen doen aan de tafeltjes met Perzische tapijtjes.

RH20190925-9344
miniatuur volksbuurthuisje in het museum. Foto Rob Huibers / photo.nl 

Zwart-wit foto: Volksbuurtmuseum

Helden van Utrecht – Schone straten

Onder de titel ‘Helden van Utrecht – bewoners die de stad veranderen’ presenteerde Actiegroep Binnenstad030 op 1 oktober deze tentoonstelling over acties van bewoners. Want wat kun je als bewoners voor elkaar krijgen? Nou, heel veel. Op deze website laten we af en toe een voorbeeld uit de tentoonstelling zien. Hieronder: hoe je met je buren de straten schoon krijgt én elkaar goed leert kennen.
RH20190927-9442
V.l.n.r.: Hein van der Wildt, Lenie van Palenstein, Bert Pappot
Je eigen straatje schoon vegen, maar dan met de buren. In de binnenstad gebeurt dit bijvoorbeeld in Wijk C, Achter Sint Pieter en op de Nieuwegracht. Daar is het een traditie die zelfs terug gaat naar 1790. Volgens de huidige organisator Hein van der Wildt komt dat door een wetje uit die tijd, die luidt: “iedereen moet zijn eigen straatje en goten schoon vegen op straffe van drie gulden.”

Er volgt een bulderende lach. “Daar doen we het niet voor. We doen het voor de sfeer. Die is geweldig. Als je hier nieuw komt wonen ben je snel ingeburgerd. Elke 2e zaterdag van de maand vegen we en drinken daarna koffie in een van de huizen.” Het ‘Gezelschap Nieuwegrachtvegers’ gaat in deze vorm al vijftig jaar lang elke maand de straten en de werven te lijf met bezems, prikkers en pakkers. De ene keer haalt het gezelschap peuken tussen de stenen vandaan, de andere keer onkruid.

Helemaal aan het eind van het jaar vegen ze alle herfstbladeren in een speciale boot die door de gracht vaart en dan is het feest. Bij toerbeurt doen de 77 aangesloten vegers mee, maar bij het eindejaarsfeest is iedereen er. Hier horen ze wie dat jaar de prijs krijgt voor Beste Veger. Of voor Grootste Eikel, want die prijs is er ook: een sierornament dat Gerard Noordanus, een van de oprichters, gerestaureerd heeft.

Uit de veegploeg ontstond nóg een initiatief. Hein: “Een klushulpproject. Wie het nodig heeft, krijgt hulp van een buurman. Bijvoorbeeld om een lekkend kraantje te repareren, de kat eten te geven, een hapje te koken, of de tv-zenders op te zoeken. Superleuk. En het werkt als een tierelier.”
RH20190927-9532
foto’s: Rob Huibers / photo.nl/

Wat hebben we tot nu toe gedaan?

Utrecht HVJH logo FB_TW RGB
We zijn nu ongeveer 2 jaar bezig met deze Actiegroep, dus het is tijd om eens een lijstje te maken van wat we zoal gedaan hebben.

In 2017

Voorjaar 2017: Opgericht naar aanleiding van een bijeenkomst in de Lutherse Kerk, georganiseerd door de Wijkraad Binnenstad. Het nieuwe horeca-kader was op komst, en er was een enorme uitbreiding voorzien in lokaties waar horeca zich kon vestigen. Daar maakte de Wijkraad zich zorgen over (al in een enquete in 2013 vond hun doelgroep al dat er voldoende horeca in de binnenstad is) en met hen vele bewoners, zo bleek.

Een enquête uitgevoerd onder de aanwezigen op die bijeenkomst, om hen te vragen naar de overlast van de horeca die zij ondervinden. Bekijk de resultaten.

Een aantal portretjes gemaakt van binnenstadsbewoners, om mensen die last hebben van horeca, een gezicht te geven. Lees ze allemaal.

Een petitie opgezet om de gemeenteraad te vragen om het horecakader niet door te laten gaan om het karakter van onze mooie stad niet kapot te maken.

Flyers in brievenbussen gedaan om mensen bekend te maken met ons en de petitie. We waren tenslotte net begonnen en niemand kende ons.

Een zienswijze ingediend tegen het horecakader, en mensen gestimuleerd om zelf ook zienswijzen in te dienen voor hun eigen omgeving. Er zijn nog nooit zoveel zienswijzen ingediend (ruim 100) op een plan!

De petitie aangeboden aan loco-burgemeester Victor Everhard op 7 december.

Een logo laten maken.

Crowdfunding begonnen. Want al die flyers kosten ook geld 🙂

In 2018

Op 30 januari een bijeenkomst van Stadspodium bijgewoond/mede-georganiseerd over horeca en overlast.

Raads-, raadsinformatie– en commissievergaderingen bijgewoond.

Luid gejuicht op 8 maart toen in de raadsvergadering het horecakader NIET werd goedgekeurd voor de binnenstad, met de toezegging dat de overlast eerst in kaart moet worden gebracht en opgelost, voordat er nieuwe gebieden worden aangewezen voor horeca.

Stemadvies gegeven voor de gemeenteraadsverkiezingen.

Een samenwerkingsverband aangegaan met de USTG, Utrechtse Stichting Tegen Geluidshinder. Hun werkzaamheden en de onze overlappen op het punt “geluidsoverlast in de binnenstad”. We houden elkaar op de hoogte van onze activiteiten en werken samen waar dat mogelijk is.

Deelgenomen aan het Stadsakkoord, over participatie in de stad.

De Stichting Binnenstad030 opgericht. Deze Stichting kan optreden als rechtspersoon indien nodig. De eerste actie van de Stichting is het bezwaar maken tegen de digitale reclameborden in de binnenstad.

Onze steun gegeven aan Mokum Reclaimed, die strijden tegen de verregaande commerciële uitbuiting van de openbare ruimte in Amsterdam, waardoor de bewoners ongeveer elk weekeinde geen park meer in kunnen EN in de festivalherrie zitten.

Gesproken met Anke Klein, de nieuwe wethouder voor de binnenstad.

Zienswijzen opgesteld voor die lelijke, gevaarlijke en storende digitale reclamevitrines.

Gesproken met andere partijen zoals Centrum Management Utrecht, Utrecht Marketing en Koninklijke Horeca Nederland, om te zien of en hoe we samen dingen kunnen oppakken.

Een Visie opgesteld; in wat voor stad willen we wonen?

Een petitie opgesteld om te peilen hoeveel mensen er achter onze visie staan.

In 2019

Onze visie aangeboden aan wethouder Anke Klein, op 30 januari.

Bezwaarschriften ingediend en een hoorzitting bijgewoond (12 februari) over de digitale reclamevitrines.

We zijn uitgenodigd om deel te nemen aan de totstandkoming van de Omgevingsvisie 2040.

Deelgenomen aan diverse stadsbrede bijeenkomsten, o.a. over

Meegedacht over de nieuwe vergunning voor straatartiesten.

Diverse zienswijzen, bezwaarschriften en andere zaken ingediend die te maken hebben met vergunningsaanvragen voor horeca, splitsing, evenementen. In verband met privacy vermelden we niet welke, maar weet dat we er mee bezig zijn!

En in het najaar van 2019 organiseren we onze eerste bijeenkomst voor binnenstadsbewoners! Daar hoor je natuurlijk binnenkort nog meer over.

Portret van een binnenstadsbewoner – 5

Hamburgerstraat

Mijn naam is K. en ik woon inmiddels 37 jaar in de Hamburgerstraat.
In die 37 jaar is er veel verbeterd. Door herwaardering van de oude binnenstad is deze veranderd van een probleembuurt in een zeer gewilde buurt. Vroeger was er armoe, verpaupering, huizen waren vervallen. Tegenwoordig wordt er met liefde omgegaan met de monumentale panden. Al moet ik dat beperken tot veelal de buitenkant. Door de binnenkant op te splitsen in appartementjes gaat veel monumentaals verloren en neemt ook het inwoneraantal in de binnenstad toe.

Ik hou van Utrecht en woon graag in het hartje van de stad met haar waardevolle historie, aantrekkelijke cultuur, de Domtoren, de grachten, de werven, de oude huizen. Het is er mooi, het is gezellig, we gaan graag uit eten; ik hou van het stadse leven.

Er is echter een grens. Dat de binnenstad horeca aantrekt, vind ik op zich geen bezwaar.  Maar ik zie een toename van eenzelfde soort tentjes, van die lunchtentjes. Dat is een verarming. Per saldo zeg ik: er is nu meer dan genoeg horeca in de binnenstad. Dus geen verdere uitbreiding meer.

Het zijn volgens mij niet zozeer de toeristen die voor overlast zorgen, als wel de studenten. Die komen en gaan, hechten zich niet zo aan hun omgeving. Er zijn grenzen aan wat ik acceptabel vind en dan bedoel ik festivals en festiviteiten op het Domplein en het Lepelenburg, die gepaard gaan met ordinaire biertapperijen en keiharde versterkte muziek. Het moet geen pretpark worden.
Het kan anders: er is wel eens kamermuziek, een jeugdorkest, of er wordt gezongen op het plein voor de oude rechtbank; heel mooi, zo kan het ook.

Als degenen die verantwoordelijkheid dragen voor de regelgeving zelf in de binnenstad zouden wonen, dan zouden zij misschien begrijpen wat ik bedoel. De balans tussen wonen, werken, kleine bedrijvigheid en horeca was er wel, maar is onder druk komen te staan. En er is veel te weinig handhaving.

Voor mij persoonlijk ligt het anders: vroeger had ik op dit adres meer horeca-overlast dan nu. Er was een nachtclub vlakbij en een hotel met zeer uitgebreide vergunning. Bij mij is de leefbaarheid verbeterd. Dat gun ik iedereen.

In de serie “Portretten” laten we bewoners aan het woord. Met al hun overwegingen, hun meningen en gevoelens,  om de nuances te laten zien van het wonen in de binnenstad. Deze portretten zijn gemaakt op basis van de resultaten van onze enquête.

Foto: Edoderoo

Portret van een binnenstadsbewoner – 4

Breedstraatbuurt,_Ben Bender.

Mijn naam is C en ik woon al bijna mijn hele leven in Utrecht, waarvan ook al weer bijna vijftig jaar op dit adres in de Breedstraat.
In die decennia zijn er enorme veranderingen in de wijk geweest. Eerst was het een wijk van wonen en veel detailhandel. Later, vanwege idiote stadsplannen die uiteindelijk niet doorgingen, waren we een goedkope buurt die drugsverslaafden, prostitutie, sexshops en criminaliteit aantrok.
Sinds begin jaren ’80 begon de gemeente weer te investeren in de buurt: panden werden gerestaureerd, er werden bomen geplant, huiseigenaren moesten hun huizen  opknappen.

Ik voel me thuis in de historische binnenstad, ik hou van de diversiteit van bewoners en bedrijvigheid, er is enorm veel cultuur om uit te kiezen vlak om de hoek. Ik bewoon een huis waarvan de oorsprong ligt in 1400. Prachtig. En we hebben de lapjesmarkt die ook al weer 400 jaar bestaat.

Momenteel zijn er twee café’s schuin tegenover mij. Het ene café, Marktzicht, bestaat al lang en er komen vooral buurtbewoners. De eigenaren wonen erboven. Op het terras hoor je misschien geroezemoes en het gaat prima.
In het andere café, De Stadsgenoot, komen veel studenten. De rokers staan buiten en als het later wordt op de avond neemt het geluidsvolume toe. Soms gaan de terrasdeuren open en kan ik het late journaal op de tv niet meer verstaan. En om 3 uur ’s nachts kan het zijn dat er nog vijftig schreeuwende mensen op het terras staan; soms tegen de honderd, die zelfs op straat staan.

Heus, wij zijn niet kinderachtig, we kunnen tegen een stootje. We hebben dubbele ramen en ik slaap met oordoppen in. Op warme nachten houden we de ramen dicht. Enige overlast is acceptabel. Van mij mag er tot middernacht wat geluid zijn op terrassen, na middernacht moet ik kunnen slapen. Tegen mij zeggen: “Dan moet je maar niet in de binnenstad gaan wonen”, dat is natuurlijk te zot voor woorden. De cafébaas woont in dit geval heel ergens anders en wil niet met ons in overleg voor een permanente oplossing.

Sommige dingen snap ik niet: panden worden steeds meer opgesplitst in appartementen, zelfs van garages hier in de buurt wordt woonruimte gemaakt. Daardoor blijven fietsen buiten staan en dat zijn er, bijvoorbeeld in de Voorstraat, veel te veel om nog normaal over de stoep te kunnen lopen. Her en der ligt een fietsenkerkhof in de binnenstad. Het begrip ‘leefbaarheid’ lijkt van ondergeschikt belang te zijn op de burelen van de gemeente.

Studenten mogen van mij lol maken en lawaai; dat is de leeftijd. Laten we het zo organiseren dat we een gulden middenweg vinden. Grotere binnenruimte in het café, een rookplek die niet storend is voor de omgeving. Een open oog voor de situatie en een dosis gezond verstand. En handhaving.

Gemeente, neem ons bewoners serieus!

In de serie “Portretten” laten we bewoners aan het woord. Met al hun overwegingen, hun meningen en gevoelens,  om de nuances te laten zien van het wonen in de binnenstad. Deze portretten zijn gemaakt op basis van de resultaten van onze enquête.

Foto: Ben Bender

Portret van een binnenstadsbewoner – 3

Westerkade

Mijn naam is R en ik woon tussen de Bleekstraat en de Westerkade. Op dit adres in de binnenstad woon ik ongeveer 6 jaar. In die tijd heb ik veel zien veranderen.

Na de opening van station Vaartsche Rijn is het in dit gebied drukker geworden. Ik heb aan de Westerkade veel horeca erbij zien komen. Het is dus minder rustig dan 6 jaar geleden.
Ik hou van de Utrechtse binnenstad met op loopafstand winkels, restaurants, markten, theaters, de cultuur. Een gevarieerd winkelaanbod behouden vind ik heel belangrijk. Zonde als het winkelaanbod verschraalt door toename van horeca in panden die vrijkomen. Wel zie ik graag meer kleine winkeltjes met hun specialiteiten in plaats van de bekende winkelketens.

Tot 9 uur ’s avonds reuring buiten, daar kan ik prima mee leven. En als buitenbankjes voor de winkels na 9 uur worden opgeklapt, okay. Daarna moet de herrie achter gesloten horecadeuren, wat mij betreft. Ik zou heel blij worden van een dergelijke regulering, een strak horecabeleid en natuurlijk dan ook daadwerkelijke handhaving. Dat laatste is nu volstrekt onvoldoende. Hoe vaak moeten de bewoners zelf aan de bel trekken om een
misstand aan te kaarten!
Wat me ook opvalt is dat er horeca bijkomt met van die onduidelijke grenzen: koffie, wijnbar, tapasbar met winkelfunctie. Dat soort dingen. Het trekt extra publiek aan
met daarbij behorende overlast.

In mijn buurt is een wildgroei aan de gang van fietswrakken, wietzakjes en bierflesjes. Op weg naar de stad zien we vaak de sporen van gevelpissen en zelfs -poepen. De toegenomen drukte heeft helaas meermalen autoschade opgeleverd (deuken, krassen,
kapotte koplamp) doordat fietsen omvielen tegen mijn geparkeerde auto op de Westerkade. Er is een ruime fietsenstalling onder het nieuwe station, maar de fietsers willen hun fiets neerzetten voor de deur van hun horecagelegenheid.
Ik heb de gemeente gevraagd om er verbodsstickers te plakken. Is niet gebeurd. Niet eens een reactie. Mijn laatste spiegel is er door een dronken studentje afgetrapt. Gewoon omdat hij het leuk vond. Wellicht kunnen we deze groep beter buiten de stad huisvesten.

Ik zie de nieuwe horeca-ontwikkelingen met bezorgdheid tegemoet; alsjeblieft géén
horecastraat van Dom tot Rotsoord. Het is belangrijk dat de gemeente echt luistert naar de binnenstadsbewoners, echt aan de gang gaat met wat we bedoelen. Zo nodig ben ik bereid daarvoor met anderen actie te voeren. Als het toch doorgaat en de overlast neemt toe dan trekken wij de stad uit.

In de serie “Portretten” laten we bewoners aan het woord. Met al hun overwegingen, hun meningen en gevoelens,  om de nuances te laten zien van het wonen in de binnenstad. Deze portretten zijn gemaakt op basis van de resultaten van onze enquête.

Portret van een binnenstadsbewoner – 2

Nobelstraat1

“Venetiaanse toestanden moeten we hier zien te voorkomen”

J woont sinds 2016 in Utrecht, in het universiteitskwartier. Hij voelt zich betrokken bij de wijk waar hij woont. Hij doet mee aan een buurtinitiatief om de kop van de Keizerstraat te herinrichten, samen met de gemeente. Een mooi resultaat daarvan is de Drift, die nu fietsvrij geworden is. Dat kon omdat de fietsen onder de universiteitsbibliotheek gestald konden worden. ‘Als zoiets zou kunnen onder het Lucas Bolwerk, ben je daar ook de overlast kwijt van al die fietsen’, aldus J. ‘Dat geeft ruimte om meer te kunnen genieten van het groen in het Zocherpark’.

Hoewel J in een druk uitgaansgebied woont valt het hem op dat het aan de achterkant van zijn huis meestal rustig is. Aan de voorkant ook, overdag. ’s Nachts is het een ander verhaal. De meeste cafés sluiten laat, meestal zo rond 04.00 uur. Dat geeft een verschrikkelijk lawaai. De cafés trekken ook veel fietsverkeer, J spreekt zelfs van een permanent ‘fietswrakken-kerkhof’. 3x Per jaar is er een opruimactie, dan plakken ze stickers op de wrakken. Die stickers blijven er dan 28 dagen opzitten, voordat de gemeente ze komt halen. Dat is in de praktijk te lang, de meeste stickers zijn er tegen die tijd al weer van af, waardoor de wrakken blijven staan. En 3x per jaar is weinig, zeker in deze buurt.
Naast alle fietsen staan er ook 10 scooters van een pizza-ondernemer op de hoek van de straat. Die geven veel overlast, maar de eigenaar vertelde dat de helft daarvan binnenkort bij een nieuw filiaal gaat stallen. Dat geeft hier weer lucht.

Nobelstraat2

Beide foto’s: N.C. Arkesteijn

J heeft wel eens klachten ingediend bij de gemeente maar kreeg daar weinig respons op. ‘We doen hier niets aan’, dat helpt natuurlijk niet om problemen op te lossen. De gemeente zou strikter moeten zijn in de handhaving in drukke gebieden. Hij zou graag zien dat de gemeente klachten serieus neemt en met bewoners en ondernemers in gesprek gaat, zodat er meer begrip ontstaat voor elkaar standpunten.

Niettemin vindt J het een feest om in de binnenstad te wonen, hij heeft er nadrukkelijk voor gekozen. En, zo stelt hij ‘natuurlijk is er altijd wat te zeuren, maar je mag er toch vanuit gaan dat je in samenspraak de overlast van de nachthoreca en het fietsenprobleem kunt aanpakken?’ In een leefbare binnenstad zouden niet alleen de grote ondernemers moeten blijven bestaan, maar ook de kleine middenstand en ‘die zitten ook niet op extra concurrentie te wachten’.

In de serie “Portretten” laten we bewoners aan het woord. Met al hun overwegingen, hun meningen en gevoelens,  om de nuances te laten zien van het wonen in de binnenstad. Deze portretten zijn gemaakt op basis van de resultaten van onze enquête.

Portret van een binnenstadsbewoner – 1

Portret1

‘Overlast is sluipenderwijs steeds groter gegroeid in de afgelopen jaren’

H woont in een druk deel van de binnenstad. Hij weet nog hoe het 15 jaar geleden was, veel en veel rustiger,  met enkele restaurants zonder terrasvoorziening. Vooral het rookverbod dat is ingesteld in 2008, maakt dat de overlast erg is toegenomen. Daarnaast is er in de directe omgeving een door de gemeente aangemerkte “sociaal culturele instelling”, waarvan de hoofdactiviteit feitelijk veranderd is naar zware horeca. Met als gevolg veel overlast, wat ten koste gaat van de nachtrust van bewoners. Hij zou blij zijn als de terrassen vanaf 24.00 uur gesloten zouden worden, maar helaas schiet het huidige terrassenreglement tekort in standaard maatwerk-oplossingen.

H is reeds geruime tijd in overleg met een aantal ambtenaren om te komen tot een acceptabele oplossing. Dat doet hij mede namens een aantal andere buurtbewoners. Die oplossing is nog niet in zicht. Hij heeft gemerkt dat de politie vaak van goede wil is, maar zeer beperkt in capaciteit. Dat geldt ook voor de BOA’s. In de avond en nacht zijn er twee BOA koppels die met elkaar in de hele binnenstad én Lombok moeten opereren. Van de BOA’s moet overigens niet veel verwacht worden omdat zij geen bevoegdheden hebben om daadwerkelijk op te kunnen treden tegen overlastgevers.

Het huidige, maar ook het voorgenomen horecabeleid speelt niet in op de ontwikkelingen in de afgelopen jaren. Het biedt ook geen handvat tot handhaving. ‘Als het om de overlast van verkeerd geplaatste fietsen gaat geeft de gemeente dat ook volmondig toe’, aldus H. Ook voor wat betreft herrie op straat wordt niet gehandhaafd. Na 23.00 uur is het wenselijk om te kunnen slapen, nachtrust is nodig voor een goede gezondheid. Daar wordt buiten het singelgebied (bijv. bij café Klein Berlijn op Rotsoord) actief op gehandhaafd. Het kan dus wel! De gemeente kan bovendien ontheffing geven voor inpandige rookruimten.

H geeft het voorbeeld van een naburige snackbar-ondernemer die wel van goede wil is maar geen zeggenschap meer heeft als klanten het pand verlaten hebben en daar overlast geven tot soms in de vroege ochtend. Zijn grootste bezwaar is dat de gemeente niet proactief maar ‘altijd reactief reageert’ en niet meedenkt samen met de bewoners in de wijk. ‘De gemeente kijkt wel naar andere steden en andere landen’ stelt hij, ‘maar ze geeft er geen blijk van goede voorbeelden over te willen nemen’.

In de serie “Portretten” laten we bewoners aan het woord. Met al hun overwegingen, hun meningen en gevoelens,  om de nuances te laten zien van het wonen in de binnenstad. Deze portretten zijn gemaakt op basis van de resultaten van onze enquête.

Foto van Keerati bij FreeDigitalPhotos.net