Mijn naam is C en ik woon al bijna mijn hele leven in Utrecht, waarvan ook al weer bijna vijftig jaar op dit adres in de Breedstraat.
In die decennia zijn er enorme veranderingen in de wijk geweest. Eerst was het een wijk van wonen en veel detailhandel. Later, vanwege idiote stadsplannen die uiteindelijk niet doorgingen, waren we een goedkope buurt die drugsverslaafden, prostitutie, sexshops en criminaliteit aantrok.
Sinds begin jaren ’80 begon de gemeente weer te investeren in de buurt: panden werden gerestaureerd, er werden bomen geplant, huiseigenaren moesten hun huizen opknappen.
Ik voel me thuis in de historische binnenstad, ik hou van de diversiteit van bewoners en bedrijvigheid, er is enorm veel cultuur om uit te kiezen vlak om de hoek. Ik bewoon een huis waarvan de oorsprong ligt in 1400. Prachtig. En we hebben de lapjesmarkt die ook al weer 400 jaar bestaat.
Momenteel zijn er twee café’s schuin tegenover mij. Het ene café, Marktzicht, bestaat al lang en er komen vooral buurtbewoners. De eigenaren wonen erboven. Op het terras hoor je misschien geroezemoes en het gaat prima.
In het andere café, De Stadsgenoot, komen veel studenten. De rokers staan buiten en als het later wordt op de avond neemt het geluidsvolume toe. Soms gaan de terrasdeuren open en kan ik het late journaal op de tv niet meer verstaan. En om 3 uur ’s nachts kan het zijn dat er nog vijftig schreeuwende mensen op het terras staan; soms tegen de honderd, die zelfs op straat staan.
Heus, wij zijn niet kinderachtig, we kunnen tegen een stootje. We hebben dubbele ramen en ik slaap met oordoppen in. Op warme nachten houden we de ramen dicht. Enige overlast is acceptabel. Van mij mag er tot middernacht wat geluid zijn op terrassen, na middernacht moet ik kunnen slapen. Tegen mij zeggen: “Dan moet je maar niet in de binnenstad gaan wonen”, dat is natuurlijk te zot voor woorden. De cafébaas woont in dit geval heel ergens anders en wil niet met ons in overleg voor een permanente oplossing.
Sommige dingen snap ik niet: panden worden steeds meer opgesplitst in appartementen, zelfs van garages hier in de buurt wordt woonruimte gemaakt. Daardoor blijven fietsen buiten staan en dat zijn er, bijvoorbeeld in de Voorstraat, veel te veel om nog normaal over de stoep te kunnen lopen. Her en der ligt een fietsenkerkhof in de binnenstad. Het begrip ‘leefbaarheid’ lijkt van ondergeschikt belang te zijn op de burelen van de gemeente.
Studenten mogen van mij lol maken en lawaai; dat is de leeftijd. Laten we het zo organiseren dat we een gulden middenweg vinden. Grotere binnenruimte in het café, een rookplek die niet storend is voor de omgeving. Een open oog voor de situatie en een dosis gezond verstand. En handhaving.
Gemeente, neem ons bewoners serieus!
In de serie “Portretten” laten we bewoners aan het woord. Met al hun overwegingen, hun meningen en gevoelens, om de nuances te laten zien van het wonen in de binnenstad. Deze portretten zijn gemaakt op basis van de resultaten van onze enquête.
Wat een zeurdoos
LikeLike
En bedankt voor het lezen. Bezoeker van De Stadsgenoot zeker? 🙂
LikeLike